Net uit het lood
Etnische kunst uit Azië is een inspiratiebron voor beeldhouwer Hans van der Ham. 'De mens zonder ziel, dat fascineert me.' Hij exposeert in Hoofddorp.
Ze zijn nog niet helemaal in balans, geeft Hans van der Ham (48) toe: de musicus en de beeldhouwer in hem. 'Ik zoek nog steeds naar een manier om de twee te verbinden. Anderhalf jaar geleden heb ik een project gedaan met componist Peter-Jan Wagemans in het Concertgebouw - hij had muziek gemaakt bij een beeld van mij - maar de zoektocht naar de ultieme synthese blijft.'
Hoewel hij de muziek 'de hoogste' vindt van alle kunsten - 'bij vlagen speel ik nog wel piano' - verpandde hij als student al zijn hart aan de beeldende kunst. 'Ik had behoefte aan iets tastbaars. Wilde mijn eigen wereld creëren. Als pianist herschep je andermans werk, tenzij je componist bent, wat ik niet ben. Nog voor ik klaar was met mijn opleiding op de conservatoria in Den Haag en Utrecht was ik al aangenomen op de Willem de Kooning Academie in Rotterdam. Op hun advies heb ik toen toch eerst mijn muziekopleiding afgemaakt.'
Hij studeerde af met schilderijen en tekeningen, maar legde zich later toe op het driedimensionale, met klei als materiaal. De beelden die Van der Ham tot half april exposeert in het Oude Raadhuis in Hoofddorp zijn van 'zwart bakkende klei.' Mens- of dierachtige figuren, soms wat verontrustend en uitgerust met verschillende attributen. Ze meten hooguit anderhalve meter - een maat die ook wordt ingegeven door de oven waarover Van der Ham beschikt. 'Maar als een object groter zou moeten zijn, vind ik daar wel een andere oven voor.'
Hij laat zich inspireren door etnische kunst, die hij op zijn reizen door Indonesië, Laos, Cambodja en andere Aziatische reizen is tegengekomen. En door het fenomeen van de golem, een mensfiguur uit klei die volgens een oude Joodse legende tot leven gewekt kan worden. 'De mens zonder ziel, dat fascineert me. Ik zoek in mijn beelden naar dat wat hem bezieling geeft. Het beeld is goed als het net uit het lood is, een bepaalde asymmetrie heeft, wat trouwens ook voor veel etnische kunst geldt. En als het me een beetje bang maakt, dan is het geslaagd. Ik zoek meer naar een literaire vorm dan naar esthetiek.
Ook het materiaal bepaalt de vorm. 'Klei heeft een eigen wetmatigheid. Ik hou er erg van. Het is onhandelbaar in zekere zin, het is zwaar en lastig om mee te werken. Het zakt makkelijk in, zelfs nog in de oven. Ik vind het leuk om daarover na te denken - hoe ik iets voor elkaar krijg.'
Zou hij niet eens moeten solliciteren naar een werkplek in het Europees Keramisch Werkcentrum in Den Bosch voor klei-experimenten? 'Misschien wel, maar ik ben erg gehecht aan mijn atelier in Rotterdam, waar ik een hermetische wereld heb gecreërd. Daar staan mijn beelden als vrienden om mij heen.'