Hans van der Ham over Armourshow
Hans van der Ham over ARMOURSHOW Kunstbeeld, juni 2007
De beelden staan in een geënsceneerde opstelling in mijn atelier. Deze foto nam ik voor de uitnodigingskaart van een recente tentoonstelling in Duitsland. Terwijl mijn beelden en tekeningen zelf nooit titels krijgen, heb ik deze tentoonstelling de titel ‘ARMOURSHOW’ gegeven. De titel verwijst naar zoiets als een gevechtsituatie. Een ‘armour’ zou je kunnen vertalen als harnas of wapenuitrusting. ‘Maar als je de beelden bekijkt zie je dat geen van hen tot zoiets als een strijd in staat zou kunnen zijn. Bescherming zullen deze pakken nauwelijks bieden en sommige figuren lijken slechts uit willekeurig aan elkaar geregen lappen te bestaan. Ze hebben eigenlijk een Don Quichot-achtige strijdvaardigheid: eerder aandoenlijk dan vervaarlijk. Daarbij zijn de meeste uitrustingen zichtbaar leeg. Op de plek waar je een gezicht zou verwachten kijk je in een zwarte ruimte. Het zijn slechts omhulsels, buitenkanten. ‘Archetypische verhaalfiguren spelen een belangrijke rol bij de totstandkoming van mijn werk. Daarbij denk ik bv aan de Commedia del’arte uit het Italië van de 16e en 17e eeuw, een vorm van straattoneel met vaststaande karakters. Een van deze karakters was Pulcinella. Deze paljas had als vaste taak om, verscholen achter zijn clowneske outfit, mensen uit het publiek via allerlei kwinkslagen voor de gek te houden. Hij hield ze een spiegel voor en confronteerde hen met hun tekortkomingen. Door zijn maskerade wist je nooit wat je aan hem had. Zijn ware aard zat verscholen achter zijn aangenomen identiteit. ‘Een mij eveneens dierbaar personage is Pinocchio. De houten pop die - ongevraagd tot leven gewekt - via allerlei avonturen over typisch menselijke tekortkomingen een echt jongetje mag worden. Pinocchio is voor mij een metafoor voor de tragiek van het bestaan. ‘Verschillende etnische volkeren hebben een beeldcultuur die gebaseerd is op werkelijke bezieling van dode materie. In deze culturen is geen sprake van een sprookjesachtige metafoor, zoals bij Pinocchio, maar gaat het om keiharde werkelijkheid. De vormgegeven figuren ZIJN de bezieling van de persoon of godheid die ze uitbeelden en niet de in onze cultuur gebruikelijke symbolische weergave ervan. Dat vind ik een fascinerend gegeven. ‘En dan is er nog het verhaal over de golem. Deze door mensen gecreëerde figuur uit het oude jodendom (en later in een andere vorm verwerkt in een roman van Gustav Meyrink) was gemaakt uit klei en leek in alles op de mens, met één verschil: het ontbreken van de ziel, met alle dramatische gevolgen van dien. ‘In deze tijd van biotechnologische ontwikkelingen willen mijn beelden herinneren aan oude verhalen die inmiddels op haast alchemistische wijze realiteit zouden kunnen worden.